banner
Dood - 1

vis

In het voorjaar van dit jaar lieten we in onze achtertuin een klein vijvertje aanleggen. We zetten er kikkerdril in, een paar waterslakken, en vijf goudvissen.
   Het duurde niet lang of een van de goudvissen dreef met zijn buik aan de oppervlakte in het water. En weer een paar maanden later vonden we een dode goudvis met een wond aan zijn zij. We verdachten een van de katten van de buren, want die lag regelmatig aan de oever van het vijvertje te loeren.
   Met een vergiet viste ik de dode goudvis uit de vijver. Ik stopte hem in een leeg kartonnen doosje waar theezakjes in hadden gezeten, en gooide hem daarna in de vuilniszak.
   Het lot van de mens is niet mild in tijden van coronacrisis, maar begraven worden in een vuilniszak is nog een gradatie erger.
   Nu zijn er nog slechts drie goudvissen over. Maar ik heb eerder dit jaar al een klein visje zien zwemmen. En zo is er toch nog hoop voor 2021.

4 december 2020, Steven Verhelst
Hora est!

We waren onder professoren - een deel ervan zat in een zaaltje van de universiteit Leiden, een ander deel was online aanwezig. De gelegenheid was de promotieplechtigheid van een promovendus chemische biologie. Ik was een extern commissielid en werd geacht verstandige vragen te stellen.
   De professoren ter plaatse waren gekleed in toga, zoals dat gebruikelijk is aan de Nederlandse universiteiten. De professoren thuis zaten in pak en met stropdas, of - zoals ik - in spijkerbroek en t-shirt. Want de kleding die gedragen werd, was toch grotendeels onzichtbaar en van een online dresscode was geen sprake.
   De stem van de voorzitter leek opmerkelijk veel op die van Willem Frederik Hermans - misschien wel de meest beklijvende van De Grote Drie schrijvers van na de Tweede Wereldoorlog.
   Hermans was ooit zelf als lector in de fysische geografie verbonden aan de universiteit van Groningen, waar hij in 1973 eervol ontslag kreeg. De professoren van de universiteit konden inmiddels zijn bloed wel drinken.
   Ik heb geen idee hoe Hermans die baan aan de universiteit ooit heeft kunnen combineren met die van schrijver, want voor zijn ontslag schreeft hij al vele boeken, waaronder De donkere kamer van Damokles en Nooit meer slapen.
   Daar dacht ik onder meer aan, voor en na het stellen van mijn vragen.
   Zou ik ooit nog een roman schrijven? En zo ja, wanneer? Of zou ik ook eerst in een polemiek met mijn collega's moeten geraken?
   Na drie kwartier klonk het traditionele Hora est! van de pedel en was niet alleen de promovendus bevrijd van vragen, ook de vragen in mijn hoofd hielden op.

11 november 2020, Steven Verhelst
Wind

storm

Mijn dochter was aan het gymnastieken in de sporthal van Kessel-Lo. Ouders mochten vanwege covid19 niet blijven kijken, en de sportkantine was gesloten.
   Ik nam plaats op een houden bank in een klein parkje nabij de sporthal, en sloeg mijn laptop, die ik had meegenomen, open.
   Bladeren vlogen rond mijn hoofd, en af en toe viel er een tak naast mij op de bank. De zon scheen, witte wolken trokken langs een blauwe hemel in gezapig tempo voorbij.
   De wind waaide mijn zorgen weg. Het stormde woorden in mijn hoofd, en mijn vingers ratelden sneller op het toetsenbord dan de bladeren aan de bomen konden ritselen. Dit was het geluid van geluk.

28 oktober 2020, Steven Verhelst
Zoetemelk

Vandaag is het precies 40 jaar geleden dat Joop Zoetemelk de Tour de France won.
   Hij is nog steeds - samen met Sylvain Chavanel - recordhouder van het aantal keer dat hij de Tour de France uitreed: 16 keer, waarvan 12 keer in de top 10, en zes keer tweede! Ook won hij 10 etappes, en uiteraard het eindklassement in 1980.
   Zoetemelk had 'pech' dat hij tijdgenoot was van wellicht de twee beste wielrenners ooit: Eddy Merckx en Bernard Hinault. Merckx begin jaren 70, en Hinault eind jaren 70 en begin jaren 80. Twee keer tweede na Merckx, en drie keer na Hinault.
   In een andere wereld was Zoetemelk misschien de renner geweest die voor het eerst zes Tour de France overwinningen boekte. Maar we leven niet in een andere wereld. In een andere wereld was ik misschien ook wielrenner. Of poker speler. Of gitarist in een heavy metal band. Of...

20 juli 2020, Steven Verhelst
Vijver

vijver

Ik zou een dag uit vissen
Ik voelde mij moedeloos
Ik maakte tussen de lissen
met de hand een wak in het kroos.

Er steeg licht op van beneden
uit de zwarte spiegelgrond.
Ik zag een tuin onbetreden
en een kind dat daar stond.

Het stond aan zijn schrijftafel
te schijven op een lei.
Het woord onder de griffel
herkende ik, was van mij.

Maar toen heeft het geschreven,
zonder haast en zonder schroom,
al wat ik van mijn leven
nog ooit te schrijven droom.

En telkens als ik even
knikte dat ik het wist,
liet hij het water beven
en werd het uitgewist.

Het kind en ik - Martinus Nijhoff

Sinds een week hebben wij in onze tuin een vijver. Er zitten vijf vissen in, twee waterslakken, een handvol kikkervisjes, en een serie waterplanten.
   Soms zit ik aan de waterkant en kijk naar het spiegelende water. Dan denk ik af en toe aan bovenstaand gedicht van Martinus Nijhoff.
   Waar komt inspiratie vandaan?
   Moet je zitten wachten?
   Of moet je altijd gespitst zijn tot je jouw inspiratie herkent in de zwarte diepte, waar je het misschien het minst verwachtte?

4 juni 2020, Steven Verhelst
Spelen

De speeltuinen in Leuven zijn weer open. Nou ja, sommige dan.
   Nadat ik mijn zoontje naar de kinderopvang heb gebracht - al hardlopend met een fietskar omgebouwd tot hardloopkar - ren ik met mijn dochter, die pas volgende week weer naar school mag, langs verschillende speeltuinen in de buitenwijk waar wij wonen. Twee zijn er gelukkig open. Dochter blij, dus ik ook blij. En ik moest even uitblazen na een ongeplande detour bij verschillende speelplaatsen die nog met plastic lint afgezet waren.
   De linten rond verschillende speelplaatsen deden mij trouwens denken aan het verhaal 'ogen vol zand', het titelverhaal van mijn nooit verschenen verhalenbundel met dezelfde titel, waarin een dode peuter werd gevonden in de buurt van een speeltuin - een ruwe versie verscheen ooit in literair tijdschrift Passionate. Het was mijn tweede literaire publicatie. Begin twintig was ik, en als een kind zo blij. Mijn speelplaats van het papier; alleen daar voelde ik me vrij, 

27 mei 2020, Steven Verhelst
Einde der tijden - of herstart?

supermarkt

Ik stond bij de supermarkt in de rij - buiten. Vanwege het coronavirus wordt er slechts een beperkt aantal klanten binnen gelaten en de rest moet buiten wachten.
   Dit gaat wel een half uur duren, dacht ik.
   De lucht zag grijs, en er vielen dikke druppels naar beneden. Ik ging dicht langs de muur staan om tegen de regen te schuilen.
   Niet veel later brak de zon door, maar het bleef regenen. Een regenboog verscheen aan de hemel.
  In mijn gedachte ging rond: was dit een gelofte van god, die aan de mensheid wilde zeggen: slechts één keer stuur ik jullie een corona-pandemie en daarna zal ik dit nooit meer doen? Of heb ik als kind iets te vaak de kinderbijbelschool bezocht?

2 mei 2020, Steven Verhelst
Coronavirus 4 - humor

corona-mortsubite

Het duurde even sinds het opsteken van het coronavirus in Europa, voordat de eerste grappen erover kwamen. Vroeger was dat misschien eerder geweest - toen was men wat minder politiek correct.
   De eerste coronavirushumor die ik tegenkwam, was in een supermarkt, die adverteerde men gratis Mort Subite bij aankoop van Corona (zie boven).
   Niet veel later hoorde ik een Chuck Norris grap: Chuck Norris kwam het coronavirus tegen. Het virus ligt nu twee weken in quarantaine.
   Ik hoop dat er nog meer humor volgt. Dat hebben we nodig in de komende weken.

15 maart 2020, Steven Verhelst
Frituur

frituur

Vrijdagavond begaf ik mij naar de frituur. Vaste prik, ook al was het Valentijnsdag. Want ook met een dichtgeslibde ader blijft mijn hart voor mijn vrouw slaan.

14 februari 2020, Steven Verhelst
Stilte voor de storm?

Op maandag moet ik in Portugal zijn om zitting te nemen in een promotiecommissie van een promovendus aan de universiteit van Lissabon. De vlucht die voor mij was gereserveerd, vertrok vandaag al, om te voorkomen dat ik te laat zou aankomen op de plechtigheid.
   Toen ik mijn huis verliet, waaide het al enigszins. Storm Ciara was op komst - en talloze vluchten op Schiphol waren geannuleerd.
   Ciara was de naam van een meisje dat bij ons in de klas de ronde deed. Ze zat op een andere school, maar iedereen wist van haar. Ze bracht jongens zoals wij aan het wankelen. Het gerucht deed de ronde dat ze tijdens de fietsrit naar school met haar bekken zo sterk over haar zadel heen en weer wreef, dat ze halfweg al was klaargekomen. Alleen de gedachte aan dat zadel bracht onze hele gedachtenwereld al aan het wankelen.
   Eén jongen beweerde dat hij ooit aan haar zadel geroken had, toen hij haar fiets ergens gestald zag staan.
   "Waar was dat dan?" vroegen we. "En hoe rook dat dan?"
   De jongen antwoordde niet. Hij grinnikte alleen maar en leek een beetje te zweven tussen de werkelijkheid en zijn eigen gedachten.
   Ik vloog vandaag gelukkig vanaf Zaventem, want daar woon ik niet ver vandaan, en hier vertrokken de meeste vluchten gewoon volgens schema. Of ze ook terug zouden keren, was een andere vraag, maar dat zou ik morgenavond wel merken.
   Voorlopig ging alles goed. Nu was er nog nauwelijks turbulentie en de Portugese luchtvaartmaatschappij serveerde gratis lunch en gratis drank, waardoor ik alsnog enigszins wankelend het vliegtuig verliet. Of was het de herinnering aan Ciara van vroeger?

9 februari 2020, Steven Verhelst

Archief 2020





www.stevenverhelst.nl


Want zelfs de raarste wereld dient beschreven te worden